"Niet in mijn naam." De woorden klinken nobel, bijna onschuldig, als een oproep tot vrede en gerechtigheid. Maar achter die façade schuilt een boodschap die niet alleen polariseert, maar ook stigmatiseert en verdeelt. Als deze campagne werkelijk ging over kritiek op het geweld in Gaza, had ik misschien gezwegen. Want ja, kritiek op het beleid daar is niet alleen legitiem, maar ook noodzakelijk, zoals ik eerder benadrukte in mijn opiniestuk in Trouw. Maar dat is niet waar deze slogan om draait. "Niet in mijn naam" is geen oproep tot vrede. Het is een subtiele beschuldiging, een giftige suggestie dat iedereen die deze campagne niet steunt, onverschillig staat tegenover menselijk leed of zelfs geweld goedkeurt. Dit is niet alleen een leugen, het is een misleiding die haat zaait.
En het blijft niet bij Gaza. De slogan wordt als een wapen ingezet, niet om bruggen te bouwen, maar om muren te versterken. Libanon, Syrië—elk conflict waarin Israël ook maar enigszins betrokken is, wordt zonder nuance in dezelfde aanklacht betrokken. Dit is geen dialoog, geen streven naar begrip. Het is demonisering in haar zuiverste vorm, waarbij Israël systematisch als zondebok wordt neergezet.
Maar dit gaat niet alleen over woorden. De gevolgen zijn voelbaar. Deze campagne begon al op 8 oktober 2023, nog voordat de woorden "genocide" zelfs maar waren uitgesproken. Kijk naar de rechtszaken, de georganiseerde acties, de allesoverheersende mediacampagnes. Iedereen weet dat deze acties niets veranderen aan het verloop van de oorlog. Geen protest stopt het bloedvergieten. Geen mars lost het conflict op. Wat ze wel veranderen, is iets anders: de sfeer in Nederland.
Die sfeer wordt steeds grimmiger. Dreigender. Onveiliger. Voor Joden, voor Israëli’s, voor iedereen die met hen geassocieerd wordt. Het is een klimaat waarin antisemitisme niet langer verborgen is, maar openlijk wordt getolereerd, misschien zelfs aangemoedigd. De sociale ruimte raakt vergiftigd, en Joden voelen zich opnieuw opgejaagd. Het is een gevoel dat diep gaat, een pijn die ons herinnert aan de donkerste momenten in onze geschiedenis.
En wie voert de regie over deze giftige beweging? Juist degenen die zichzelf presenteren als verdedigers van inclusie, als bruggenbouwers. Maar waar is die inclusie nu? Waar is de verbinding? Antisemitische incidenten worden gebagatelliseerd of genegeerd, alsof ze niet bestaan. Niemand wil verantwoordelijkheid nemen voor de sfeer die zij creëren, een sfeer waarin Joden zich steeds meer moeten verstoppen, moeten terugtrekken, alsof hun identiteit een last is waarvoor zij zich moeten rechtvaardigen.
Juist van het zogenaamde maatschappelijke middenveld, dat ooit symbool stond voor dialoog en begrip, faalt hier op beschamende wijze. De NGO’s en platforms die claimen bruggen te bouwen, kiezen partij. In plaats van te verbinden, polariseren ze. In plaats van hoop te bieden, versterken ze vijandigheid. Dit is geen campagne voor vrede. Het is een moralistische hetze, een sfeer van uitsluiting en demonisering die eerder doet denken aan de fouten van het verleden dan aan de lessen die we daaruit zouden moeten trekken.
Een centrale rol hierin speelt Oxfam Novib. Onder haar huidige directie voert de organisatie een lastercampagne tegen Israël die alle grenzen van fatsoen overschrijdt. En toch gebruiken ze zonder blikken of blozen de slogan "Niet in mijn naam." Hoe schaamteloos. Terwijl ze de Nederlandse regering publiekelijk aanvallen, ontvangen ze zonder aarzeling subsidies van diezelfde overheid. Geen bloedgeld, zeggen ze. Maar blijkbaar verandert dat zodra het op hun eigen rekening wordt gestort. Dit is geen idealisme. Dit is cynisme, een aanval op alles wat rechtvaardigheid en integriteit zou moeten zijn.
En de hypocrisie is nog schrijnender als je beseft dat deze campagne volledig afwezig was tijdens eerdere oorlogen waarbij Nederland betrokken was. Geen marsen. Geen protesten. Geen media-offensief. Waarom nu wel? Waarom hier? Dit selectieve activisme is niet alleen verdacht, het is verontrustend.
Is het werkelijk medemenselijkheid die hen drijft? Of is het iets anders? Een diepere, duistere onderstroom die selecteert waar verontwaardiging op zijn plaats is en waar niet. Dit gaat niet over vrede of gerechtigheid. Dit gaat over polarisatie. Over het aanwijzen van een zondebok. Over een ideologie die zich voordoet als compassie, maar verdeeldheid zaait en haat voedt.
De geschiedenis heeft ons geleerd wat er gebeurt wanneer zulke bewegingen ongestoord mogen groeien. Zoals Woody Allen in de film Manhattan scherp zei: "Tegen nazi’s kun je niet redeneren; tegen hen kun je alleen vechten met bakstenen en honkbalknuppels." Natuurlijk pleit ik niet voor geweld, maar wel voor onverzettelijk verzet. Want wat begint als moralistische retoriek en eenzijdige kritiek, eindigt vaak in ontmenselijking.
"Niet in mijn naam"? Nee, deze campagne spreekt niet in de mijne. Het is tijd dat we ons uitspreken tegen een klimaat waarin antisemitisme opnieuw wordt genormaliseerd, vermomd als activisme. We mogen niet zwijgen. Want zoals het verleden ons heeft geleerd: zwijgen is nooit neutraal. Het betekent instemmen. En dat kunnen we ons niet nog eens veroorloven.